voorspiegelen
voorspiegelen - regelmatig werkwoord uitspraak: voor-spie-ge-len 1. iets laten zien wat waarschijnlijk een illusie is ♢ de beleggingsadviseur spiegelde mij grote winsten voor 1. jezelf iets voorspiegelen ...
Muiswerk Educatief (2017)
voorspiegelen - regelmatig werkwoord uitspraak: voor-spie-ge-len 1. iets laten zien wat waarschijnlijk een illusie is ♢ de beleggingsadviseur spiegelde mij grote winsten voor 1. jezelf iets voorspiegelen ...
Van Dale Uitgevers (1950)
(spiegelde voor, heeft voorgespiegeld), als in een spiegel tonen, als toekomstbeeld voorstellen : hij spiegelde haar een eervol huwelijk voor; zich een gelukkige toekomst voorspiegelen ; — veelal met de bijgedachte dat het een illusie betreft.
M. J. Koenen's (1937)
spiegelde voor, heeft voor'gespiegeld; als in een spiegel laten zien: iem. grote winsten voorspiegelen, voor ogen stellen, met de bijbet., dat het voorgespiegelde niet verwezenlijkt wordt; zich iets voorspiegelen, zich illusies maken; er zich van alles van voorspiegelen.
Jozef Verschueren (1930)
('vo:r) (spiegelde voor, heeft voorgespiegeld) [als in een spiegel] laten zien, laten verhopen, voorstellen : iemand grote winsten -; zich iets -, zich allerlei zaken voorstellen die niet zullen verwezenlijkt worden.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(spiegelde voor, heeft voorgespiegeld), als toekomstbeeld voorstellen (veelal met de bijgedachte dat het een illusie betreft).
J. Hagers (1910)
Voorspiegelen - op bedriegelijke wijze en te kwader trouw eene zaak of onderneming beter of winstbelovender voorstellen dan de voorsteller weet, dat zij werkelijk is, met het doel anderen te verlokken, daaraan deel te nemen of er zich op andere wijze mede in betrekking te stellen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: