Wat is de betekenis van Vogelkers?

Boom of struik, waarvan enkele soorten. In Zeeland komen twee soorten in het wild voor. De meest algemene is de gewone vogelkers (Prunuspädus) (oorspronkelijk kwam deze soort waarschijnlijk niet in het wild in Zeeland voor, maar werd ze aangeplant, vooral na de Tweede Wereldoorlog; daarna is ze op beperkte schaal verwilderd). De tweede...

Groep van Prunus-soorten, met dunne bladeren en bloemen in trossen. P. padus, gewone vogelkers, en P.serotina, de Am. vogelkers.

v. (-en), 1. soort van wilde kriek, heester uit de fam. der roosachtigen (Primus padus); 2. (gew.) zoete kers (P. avium); 3. (gew.) kardinaalsmuts (Euonymus europaeus).

(Prunus padus), boom uit de Pruimenfam. Hangende witte bloemtrossen; in bossen en hagen.

v. vogelkersen (wilde kriek of wilde kleine pruim, ook, wilde sering, Turkse krenten, familie der roosachtigen; Lat. prunus padus).

kleine wilde soort → prunus.

(Prunus padus) Een plantensoort van de fam. der roosachtigen; komt in bosschen en heggen vrij algemeen als struik of boom voor. De witte bloemen staan in hangende trossen, terwijl de vruchten (Turksche krenten) zwart zijn.

('vo:gəl) (–en) 1. m. Eig. door de vogels zeer gewilde blauwe kers van een heester met trossen van witte bloemen. 2. m. die heester (Prunus padus).

Vogelkers - Volksnaam voor de bij ons in het wild voorkomende Prunus Padus.