Wat is de betekenis van Vleesklomp?

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vleesklomp

m. (-en), 1. klomp vlees; 2. (fig.) wanstaltig zwaar mens.

2024-04-30
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

vleesklomp

m. vleesklompen (klomp, brok vlees; fig. dikke man, plompe dikkerd).

2024-04-30
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

vleesklomp

m. (-en) 1. Eig. klomp, brok vlees 2. Metf. dikke lompe man.

2024-04-30
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Vleesklomp

v./m. (-en), 1. klomp, groot, grof stuk vlees; 2. (gemeenz.) wanstaltig zwaar mens.

2024-04-30
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)