Wat is de betekenis van Virchow, Rudolf?

(1821-1902), Duitse medicus en antropoloog, grondlegger van de cellulaire pathologie, d.w.z. alle ziekteprocessen zijn gebonden aan afwijkingen in de cellen.

(1821-1902), Duits geneeskundige, grondlegger van de cellulaire pathologie. Beschreef leukemie, trombose en embolie.

(ziektekundig ontleedkundige, 1821—1902). Axioma van V., omnis cellula e cellula. Ziekte van V., aangeboren acute encephalitis. Hoek van V., de hoek tussen de lijn van het midden der sutura naso-frontalis naar de basis der spina nasalis en het vlak dat door deze basis en de middelpunten der pori acustici externi loopt. Cellen van V., beenlich...