Vesten
(vestte, heeft gevest), (vero. en bijz. st.) 1. vastmaken; 2. van vesten voorzien; 3. doen steunen, funderen, bouwen : het gewelf waarop het Sashuis gevest is (Sabbe); 4. vestigen : de blik ter aarde gevest.
Van Dale Uitgevers (1950)
(vestte, heeft gevest), (vero. en bijz. st.) 1. vastmaken; 2. van vesten voorzien; 3. doen steunen, funderen, bouwen : het gewelf waarop het Sashuis gevest is (Sabbe); 4. vestigen : de blik ter aarde gevest.
Wiktionary (2019)
vesten - Werkwoord 1. bevestigen, vastmaken vesten - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord vest Woordherkomst afgeleid van vest met het achtervoegsel -en
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Ensie (2018)
Jasjes van gebreid of gehaakt materiaal (tricot), met een opening over de gehele lengte middenvoor en een ronde of V-hals, meestal zonder kraag.
M. J. Koenen's (1937)
vestte, h. gevest (vestigen, vast maken): de aandacht vesten, bepalen, trekken; de blik ter aarde gevest, gericht.
Jozef Verschueren (1930)
('vestan) (vestte, heeft gevest) 1. vastmaken. 2. van vesten voorzien. 3. trekken : de aandacht -. 4. richten ; de blik ter aarde gevest.
J.H. van Dale (1898)
VESTEN - (vestte, heeft gevest), vastmaken; van vesten voorzien ; vestigen : den blik ter aarde gevest.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: