Wat is de betekenis van vermijden?

vermijden - Werkwoord 1. (ov) (trachten te) ontwijken ♢ We moesten onderweg proberen de gladde weggedeelten te vermijden. Woordherkomst afgeleid van mijden met het voorvoegsel ver-

vermijden - onregelmatig werkwoord uitspraak: ver-mij-den 1. ervoor zorgen dat het niet gebeurt ♢ ik probeerde een botsing te vermijden Onregelmatig werkwoord: ver-mij-den ik vermijd jij...

v., (for)mije.

...

(vermeed, heeft vermeden), 1. ontwijken, schuwen, mijden: iem. vermijden; vermijd de verleiding; dat is moeilijk te vermijden, daaraan kan men slecht ontkomen ; — 2. zich onthouden van: vermijd alles wat de maag prikkelt.

vermeed, h. vermeden (mijden, ontwijken, schuwen): een niet te vermijden ongeluk.

(vermeed, heeft vermeden) 1. ontwijken, schuwen: iemand -; vermijd de verleiding. 2. zich onthouden van: vermijd alles wat gevaarlijk is. Syn. ➝ mijden.

(vermeed, heeft vermeden), 1. ontwijken, schuwen, mijden: doordat hij het stuur omgooide vermeed hij een ongeluk; 2. voorkomen: dat is moeilijk te vermijden; 3. zich onthouden van: vermijdt alles wat de maag prikkelt.

...