Wat is de betekenis van verheugen?

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

verheugen

verheugen - Werkwoord 1. (refl) zich ~: blijdschap ervaren Hij verheugde zich enorm toen zij onverwachts belde. 2. (refl) zich ~ op: reikhalzend uitzien naar iets Hij verheugde zich op haar aangekondigde bezoek. 3. (ov) iemand...

2024-04-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

verheugen

verheugen - regelmatig werkwoord uitspraak: ver-heu-gen 1. het met veel plezier afwachten ♢ ik verheug mij erg op het feest 2. blij maken ♢ het verheugt ons dat hij komt Regelmatig we...

2024-04-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Verheugen

v., forhûgje, -húgje.

2024-04-28
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Verheugen

(verheugde, heeft verheugd), verblijden, tevreden stemmen, vrolijk maken : die tijding verheugde ons zeer ; dat verheugt mij; verheugende berichten ; (wederk.) verheugt u, want uw loon is groot (Matth. 5 :12); zich verheugen over iets, er blij om zijn ; — zich in een goede gezondheid verheugen, die genieten.

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

verheugen

verheugde, h. verheugd (blij, vrolijk maken): uw gedrag verheugt ons; het verheugt ons te vernemen; refl. hij verheugt zich in ons geluk, is blijde; zich verheugen in de algemene achting, genieten; zich verheugen in een goede gezondheid; zich over iets verheugen.

2024-04-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

verheugen

(vər'heugən) (verheugde, heeft verheugd) 1. blij, vrolijk maken : uw gedrag verheugt ons. 2. zich-, blij zijn : hij verheugt zich in ons geluk: om, over dat nieuws; zich met iets -.

2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Verheugen

(verheugde, heeft verheugd), 1. verblijden, vrolijk maken: verheugende berichten; 2. zich verheugen, blij zijn: zich verheugen over iets, er blij om zijn; zich op iets verheugen, bij voorbaat vreugde beleven; 3. zich in een goede gezondheid (mogen) verheugen, die genieten.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Keur van Nederlandsche woordafleidingen

J.Pluim (1911)

Verheugen

van heug = lust, vreugd, voldoening; vgl.: „tegen heug en meug.”