Wat is de betekenis van verdommeling?

2024-04-26
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

verdommeling

(1900, vero.) (scheldw.) afschuwelijke kerel; vervelende vent. Vgl. ellendeling* en verrekkeling*. • In Atjeh heb 'k meegevochte - 'n arme verdommeling met 'n bajonet in z'n donder gestoken. (Herman Heijermans: Op hoop van zegen. 1900) • Boerehengst, moest jij je weer vergissen, hé? lamgeslagen drieling, stom stuk, x x x stomme ve...

2024-04-26
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

verdommeling

afschuwelijke kerel; vervelende vent. Vgl. ellendeling en verrekkeling. In Atjeh heb ’k meegevochte ’n arme verdommeling met ’n bajonet in z’n donder gestoken. (Herman Heijermans, Op hoop van zegen, 1900) x x x Boere hengst, moest jij je weer vergissen, hé? Lamgeslagen drieling, stom stuk, x x x (censuur?) stomme ver...

2024-04-26
Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

verdommeling

Het achtervoegsel -ling(e) is in Vlaanderen achter de vloek verdomme toegevoegd zonder dat er betekenisverandering optreedt of wijziging in emotionele functies. Als varianten komen voor verdemelenge, verdemmelinge en verdimmelinge.

Gerelateerde zoekopdrachten