Wat is de betekenis van Vensterglas?

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vensterglas

o. (...zen), 1. glas voor vensterruiten; 2. glas van een venster; tuit.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

vensterglas

o. vensterglazen (vensterruit; glas voor vensterruiten, ruitvormig glas).

2024-04-26
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Vensterglas

natriumkalkglas, hoofdzakelijk v. vensterruiten gebruikt. Wordt vervaardigd d/e grooten glazen cylinder te maken, tot 10 m lang en 60 cm wijd, die in nog gloeienden toestand wordt opengesneden, in een strekoven tot plaat uitgerold en daarna i/e koeloven gekoeld.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

vensterglas

o. (...glazen) 1. glas, ruit in een venster. 2. glas voor vensterruiten.

2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Vensterglas

o. (-glazen), glas voor vensterruiten.

2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)