Wat is de betekenis van VEENDERIJ?

2024-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Veenderij

s., feangraverij, (for)feant(sj)erij, feanting.

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Veenderij

v. (-en), 1. het exploiteren van veen ; 2. land waarvan het veen vergraven wordt: 3. veenpolder.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

veenderij

v. veenderijen (turfmakerij).

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

veenderij

v. (-en) 1. Eig. het maken van turf uit venen. 2. Metn. inrichting daarvoor.

2024-04-29
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Veenderij

Veenderij - zie VERVENING.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

VEENDERIJ

VEENDERIJ - v. het maken van veen; —, (-en), turfgrond. aanleg tot vervening.