Wat is de betekenis van vechtersbaas?

2024-04-27
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

vechtersbaas

iemand die graag vecht. iemand die vaak en graag vecht; vechtlustig persoon. Voorbeelden: Op de galerij van een flat aan de Mozartlaan in Roermond was een vechtpartij geweest. Een 33-jarige Roermondenaar zei geslagen te zijn door een plaatsgenoot van dezelfde leeftijd. Plots dook de vechtersbaas op en sloeg hem opnieuw. De man werd a...

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

vechtersbaas

vechtersbaas - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die graag vecht Woordherkomst samenstelling van vechter en baas met het invoegsel -s- Synoniemen vechtjas

2024-04-27
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Vechtersbaas

s., fjochters-, slaggersbaes; (met het mes), snijer, snijersbaes, bek(ke)snijer.

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vechtersbaas

m. (...bazen), iem. die goed kan vechten en er van houdt.

2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

vechtersbaas

m. vechtersbazen (iemand, die een baas is in ’t vechten en het gaarne doet).

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

vechtersbaas

m. (...bazen) 1. Algm. hij die graag vecht. 2. Inz. [vechten 3] hij die veel van plukharen houdt.

2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Vechtersbaas

m. (-bazen), iemand die goed kan vechten en ervan houdt.

2024-04-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

VECHTERSBAAS

VECHTERSBAAS - m. (...bazen), voorvechter; die veel van vechten, van plukharen houdt.