Wat is de betekenis van Vastknopen?

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vastknopen

(knoopte vast, heeft vastgeknoopt), 1. knopend vastmaken: zijn jas vastknopen. 2. door een knoop verbinden (aan): ik kan dat touwtje niet vastknopen, het is te kort; (fig.) ik kan er geen touw aan vastknopen, er niet uit wijs worden; er een moraal aan vastknopen; er een dagje aan vastknopen, een dag langer blijve...

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

vastknopen

(knoopte vast, heeft vastgeknoopt) 1. door een knoop verbinden: twee touwtjes -. ➝ touw. 2. door knopen in knoopsgaten te doen, vastmaken: zijn jas -.

2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Vastknopen

(knoopte vast, heeft vastgeknoopt), knopend vastmaken: zijn jas vastknopen; met een knoop of knopen verbinden; (fig.) ik kan er geen touw aan vastknopen, er niet uit wijs worden; (fig.) verbinden, vastmaken: er een dagje aan vastknopen, langer blijven dan het plan was.

2024-04-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)