Wat is de betekenis van vaatwerk?

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

vaatwerk

vaatwerk - Zelfstandignaamwoord 1. huishoudelijke voorwerpen die gebruikt worden om uit te eten en te drinken Vaatwerk moet gemaakt zijn van duurzaam materiaal dat goed bewaard wordt in de grond en is dus van groot belang bij opgravingen. Vaatwerk kan van...

2024-04-27
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

vaatwerk

vaatwerk - zelfstandig naamwoord uitspraak: vaat-werk 1. alle vuile spullen die bij het koken zijn gebruikt ♢ het vaatwerk staat klaar voor de afwas 2. alles wat je gebruikt om van te eten of uit te drinken ...

2024-04-27
Dromen encyclopedie

Fink (1998)

Vaatwerk

Wanneer men in een droom de afwas doet, dan bevindt men zich in een onduidelijke situatie, waarin het een of ander kan ontglippen. Er zullen zich gelukkige veranderingen in de familie voordoen, wanneer we nieuw vaatwerk kopen - want misschien hebben we het oude gebroken; hier geldt namelijk het volgende: scherven brengen geluk! (Zie ook ‘Glas...

2024-04-27
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Vaatwerk

zie Liturgisch vaatwerk.

2024-04-27
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

vaatwerk

allerhande vate; porseleinbreekgoed.

2024-04-27
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Vaatwerk

s.n., potten en pannen, pl., potguod (it), pot- en panguod (it).

2024-04-27
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vaatwerk

o., (coll.) 1. tobben, tonnen, vaten enz.: vaatwerk voor droge waren; 2. schotels en schalen, disgereedschap: zilveren vaatwerk; (R.-K.) liturgisch vaatwerk, de liturgische vaten die tot het altaar behoren; 3. tafel-, keukengereedschap; schotels, borden enz.

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

vaatwerk

o. (allerlei vaten; ook: keukengereedschap; schotels, borden enz.).