Wat is de betekenis van Utility?

2024-04-29
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

utility

(zelfstandig naamwoord) [alg.] hulpprogramma [alg.] nutsbedrijf - Sinds nutbedrijven zijn geprivatiseerd, zie en hoor je reclame voor kraanwater en stroom!

2024-04-29
Lexicon Energiemarkt

Jean-Paul Pinon (2003)

Utility

Privé of openbaar bedrijf dat actief is in productie, transport, distributie of levering van goederen en diensten van openbaar nut (elektriciteit, aardgas, water, enzovoort). Zie ook: distributiebedrijf.

2024-04-29
Internet woordenboek

Ensie (2001)

utility

zie tool.

2024-04-29
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Utility

[Eng. = nuttig iets] (comp.) hulpprogramma dat functies toevoegt aan het besturingssysteem.

2024-04-29
Woordenboek automatisering

Henk Biemond (1985)

Utility

Fmctieprogramma Een hulproutine om het berichtenbesturingsprogramma te ondersteunen, dat onder het besturingssysteem wordt verwerkt.

2024-04-29
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

utility

I. 1. nuttigheid, nut; voorwerp van nut; 2. utiliteit; (public) utility, (openbaar) nutsbedrijf, utiliteitsbedrijf; II. standaard- [v. kleding, meubelen].

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)