Wat is de betekenis van uitwerpsel?

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

uitwerpsel

uitwerpsel - Zelfstandignaamwoord 1. datgene dat naar buiten geworpen wordt 2. met name meervoud: de afvalstoffen van de spijsvertering van mens en dier zoals deze uitgeworpen worden De uitwerpselen die hondenliefhebbers op straat achterlaten ergeren velen. Woordherkomst Naa...

2024-04-20
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

uitwerpsel

uitwerpsel - zelfstandig naamwoord uitspraak: uit-werp-sel 1. onverteerd voedsel dat via je anus naar buiten komt ♢ er lagen uitwerpselen van honden op het pad Zelfstandig naamwoord: uit-werp-sel het uitwerpsel...

2024-04-20
Golfsportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

uitwerpsel

→ los natuurlijk voorwerp

2024-04-20
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

uitwerpsel

al wat uitgegooi word; ontlasting.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Uitwerpsel

o. (-en, -s), wat uitgeworpen wordt; bep. drekstoffen, faecaliën : dierlijke uitwerpselen.

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

uitwerpsel

o. uitwerpsels, uitwerpselen (hetgeen uitgeworpen is, ontlasting): dierlijke uitwerpselen als meststof.

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

uitwerpsel

o. (-en, -s) 1. Algm. het uitgeworpene. 2. uitwerpselen Inz. ontlasting, gevoeg : dierlijke -en vormen goede meststof.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

UITWERPSEL

UITWERPSEL - o. (-en, -s), al wat uitgeworpen is; (ook) ontlasting, gevoeg: dierlijke uitwerpselen.