Uitspraakleer
v., leer, regels voor de uitspraak van een taal: de uitspraakleer van Viëtor.
Jozef Verschueren (1930)
('uit) v. 1. Eig. leer, regels voor de uitspraak van een taal. 2. Metn. boek daarover.
Dr. L. Brouwers (1928)
Naamwoord: uitspraakleer, uitspraak, zindelijke -, prosodie, tongslag, klank, zuivere onzuivere -, overgangsklank, scherpkorte klank, scherplange korte -, lange -, doffe -, sisklank, geruisklank, neusklank, nasaalklank, keelklank, eindklank, klankafwijking, aspiratie, aspiraat, affricaat (affrikaat), glottisslag, assibilatie. toon, accent (...
J.H. van Dale (1898)
UITSPRAAKLEER - v. leer, regels voor de uitspraak eener taal: de uitspraakleer van Viëtor.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: