Wat is de betekenis van uitschieter?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

uitschieter

uitschieter - Zelfstandignaamwoord 1. een waarneming die niet bij de overige lijkt te passen 2. iets of iemand die heel veel beter of slechter is dan de rest, een prestatie die heel veel beter of slechter is dan de resultaten die men gewoonlijk behaalt Sommige erfpachters met een lage buurstraatquote zijn d...

2024-04-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

uitschieter

uitschieter - zelfstandig naamwoord uitspraak: uit-schie-ter 1. het plotseling harder gaan waaien ♢ het is winkracht 3, met uitschieters naar windkracht 5 2. wat ver onder of boven het gemiddelde ligt ...

2024-04-29
Prisma van het weer

Peter Timofeeff (1993)

Uitschieter

Zie: windstoot

2024-04-29
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

uitschieter

(de, -s), (i.h.b.:) boom die boven het gesloten kronendak van een bos uitsteekt. In zijn meest weelderige vorm is het hoge drooglandbos( ) opgebouwd uit 3-4 etages, waarvan de hoogste etage uit min of meer verspreide uitschieters van 40-45 m hoogte bestaat, die ver boven het vrij goed gesloten kronendak van de tweede etage uitsteken (L&Mo 23)....

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Uitschieter

m. (-s), uitgeschoten (8.), uitgezochte zaak.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Uitschieter

m. (-s), 1. uitschietende (wind)vlaag; 2. iets dat ver buiten of boven het gemiddelde of normale uitsteekt; m.n. voor zo’n prestatie.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)