Wat is de betekenis van uitoefening?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

uitoefening

uitoefening - Zelfstandignaamwoord 1. het uitoefenen (in de praktijk brengen van iets) Woordherkomst Naamwoord van handeling van uitoefenen met het achtervoegsel -ing Verwante begrippen beoefening

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

uitoefening

uitoefening - zelfstandig naamwoord uitspraak: uit-oe-fe-ning 1. het in de praktijk brengen of als beroep hebben ♢ bij de uitoefening van deze taak heeft hij veel fouten gemaakt Zelfstandig naamwoord: uit-oe-fe-ning ...

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Uitoefening

v., het uitoefenen.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

uitoefening

v.: in de uitoefening van zijn ambt.

2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)