Wat is de betekenis van UITHUWEN?

2025-07-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

uithuwen

huwde uit, h. uitgehuwd.

2025-07-16
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

uithuwen

(huwde uit, heeft uitgehuwd) → uithuwelijken.

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

UITHUWEN

UITHUWEN - (huwde uit, heeft uitgehuwd), uithuwelijken.