uitgeschulpt
uitgeschulpt - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van uitschulpen Woordherkomst voltooid deelwoord van uitschulpen
Wiktionary (2019)
uitgeschulpt - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van uitschulpen Woordherkomst voltooid deelwoord van uitschulpen
Van Dale Uitgevers (1950)
bn., (plantk. van bladen) aan de rand met spitse tanden, door zwak gebogen inhammen gescheiden.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
Een heraldisch stuk met ronduitgesneden tanden: bijv. kruisen, een schildzoom. → Heraldiek.
Jozef Verschueren (1930)
('uit) bn. Wapenk. met een rand voorzien van naar binnen gekeerde bogen, tussen vlakke tanden : een schild met -e vlakken.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
Uitgeschulpt - (wapenk.), wordt gezegd van een lijn voorzien van rond-uitgesneden tandjes ; zijn de tandjes gelijk die van een zaag, zoo heet het uitgetand.
J. Kramer (1908)
aan den rand voorzien zijnde met naar binnen gekeerde bochten, welke door groote vlakke tanden gescheiden zijn.
J.H. van Dale (1898)
UITGESCHULPT - bn. (van bladen) de rand met groote, vlakke, iets gekromde tanden, van elkander door ronde inhammen gescheiden.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: