Wat is de betekenis van uitgelatenheid?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

uitgelatenheid

uitgelatenheid - Zelfstandignaamwoord 1. uitbundige, grenzeloos vreugdevolle stemming De uitgelatenheid van de kinderen deed de ouders het ergste vrezen; meestal volgde er dan een huilpartij. Woordherkomst afgeleid van uitgelaten met het achtervoegsel -heid

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Uitgelatenheid

s., útlittenens, útskroevenheit, oerstjûrens; (v. meisjes), wyldepûsterij; zich aanovergeven, mâltier(g)je.

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Uitgelatenheid

v., tomeloze, ten sterkste geuite, luidruchtige blijdschap.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

uitgelatenheid

v. (luidruchtige blijdschap).

Gerelateerde zoekopdrachten