uitfluiten
uitfluiten - Werkwoord 1. (ov) door luid fluiten misnoegen jegens iemand uiten ♢ Na die omstreden beslissing werd de scheidsrechter langdurig uitgefloten. Woordherkomst samenstelling van uit(bijwoord) en fluiten(werkwoord)
Wiktionary (2019)
uitfluiten - Werkwoord 1. (ov) door luid fluiten misnoegen jegens iemand uiten ♢ Na die omstreden beslissing werd de scheidsrechter langdurig uitgefloten. Woordherkomst samenstelling van uit(bijwoord) en fluiten(werkwoord)
Muiswerk Educatief (2017)
uitfluiten - onregelmatig werkwoord uitspraak: uit-flui-ten 1. blijven fluiten tot het einde ♢ de geblesseerde scheidsrechter kon de wedstrijd niet uitfluiten 2. door fluiten je afkeuring laten blijken ...
Van Dale Uitgevers (1950)
(floot, uit heeft uitgefloten), 1. ten einde fluiten. 2. door fluiten zijn ongenoegen, zijn afkeuring van iets te kennen geven: dat stuk, die toneelspeler is uitgefloten.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(floot uit, heeft uitgefloten), fluitend zijn afkeuring te kennen geven: de popgroep werd uitgefloten.
J.H. van Dale (1898)
UITFLUITEN - (floot uit, heeft uitgefloten), fluitende bespotten: dat stuk, die tooneelspeler is uitgefloter. UITFLUITING, v. het uitfluiten.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: