tukken
tukken - Werkwoord 1. (inerg) een korte periode van ondiepe slaap houden ♢ Ka Mossel zat daar in al haar breedheid en tukte; zij tukte meestal, als er geen klanten kwamen.<ref>De A.F.C.-ers van J.B. Schuil<br>H.J.W. Becht, Amsterdam z.j. [1915]</ref>