Wat is de betekenis van tuigt af?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

tuigt af

tuigt af - Werkwoord 1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftuigen ♢ Jij tuigt af 2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftuigen ♢ Hij tuigt af 3. verouderde gebiedende wijs meervoud van aftuigen tuigt af...