Wat is de betekenis van trippel?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

trippel

trippel - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van trippelen ♢ Ik trippel 2. gebiedende wijs van trippelen trippel! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van trippelen trippel je?...

2024-04-26
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

trippel

getrippel, met klein passies vinnig loop (ook perd).

2024-04-26
Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Trippel

Trippel (Alexander), een verdienstelijk beelhouwer, geboren in 1744 te Schaffhausen, vertrok reeds vroeg naar Engeland, legde te Kopenhagen zich toe op de beeldhouwkunst, vertrok in 1771 naar Parijs, in 1776 naar Rome, en overleed aldaar in 1793. Van zijne kunstgewrochten vermelden wij: het gedenkteeken van Tsjernisjew te Moskou, de marmeren borstb...