Wat is de betekenis van Triniteitsfeest?

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Triniteitsfeest

o., feest der H. Triniteit, op de eerste Zondag na Pinksteren.

2025-07-17
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Triniteitsfeest

o., (r.k.) feest van de H. Drievuldigheid, op de eerste zondag na Pinksteren.

2025-07-17
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Triniteitsfeest

feest der Heilige Drievuldigheid, voor kloosters, in de 11de eeuw reeds in de r.-kath. kerk ingevoerd; door paus Joh. XXII in het jaar 1334 voor de geheele kerk (eerste Zondag na Pinksteren) voorgeschreven. De grieksche kerk viert op denzelfden dag Allerheiligen.

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Triniteitsfeest

Triniteitsfeest - o. feest der h. triniteit, op den eersten Zondag na Pinksteren.

Gerelateerde zoekopdrachten