Wat is de betekenis van trekkracht?

trekkracht - zelfstandig naamwoord uitspraak: trek-kracht 1. vermogen om te trekken ♢ dit paard heeft een geweldige trekkracht Zelfstandig naamwoord: trek-kracht de trekkracht

Trekkracht in de landbouw werd tot 1950 uitgeoefend door paarden. Vooral als gevolg van de Marshallhulp werden daarna op grote schaal tractoren geïntroduceerd. Dit betekende niet alleen het verdwijnen van paarden, maar ook het sterk reduceren van het gewas haver op het Groninger akkerbouwbedrijf.

In het landbouwbedrijf wordt gebruik gemaakt van dierlijke en mechanische t. Als dierlijke t. dient vrijwel uitsluitend het paard. Sporadisch wordt in het Z.O. nog wel een koe of os gebruikt.De t. van een paard kan gemeten worden met een remrosmolen of een remwagen. Plet is gebleken, dat voor het aantrekken van zware vrachten een paard gedurende ko...

v. (-en), kracht waarmede iem. of iets trekt: de trekkracht der locomotieven.

Behalve de besproken handgereedschappen worden alle hier genoemde werktuigen voor de grondbewerking voortbewogen d.m.v. dierlijke of mechanische trekkracht. De koe zal men als trekdier op het kleine bedrijf in ons land niet meer aan treffen; in het Zuiden nog een enkele maal de os. Toch is het niet zo lang geleden, Dierlïke dat de ossengespann...

v. (-en) kracht waarmede iemand of iets trekt: de van een paard.

v./m. (-en), 1. vermogen om te trekken: de trekkracht van locomotieven; 2. kracht waardoor trekken plaatsheeft: touwen dienen voor het opnemen en overbrengen van trekkracht.

...

...