Wat is de betekenis van trekkers?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

trekkers

trekkers - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord trekker

2024-04-29
Encyclopaedie van Nederlandsch West-Indië

Herman Daniël Benjamins, Joh. F. Snelleman, Martinus Nijhoff, E.J. Brill (1914-1917)

Trekkers

SUR. Zie PLANTAGE.

2024-04-29
Zeemans woordenboek

Jacob van Lennep (1865)

Trekkers

z.n.m. of steunders. - Kruisverbanden, die zich van de kimwegers tot de verbindingsklossen van het laagste geschutdek uitstrekken en naar het midden vallen.