Trekdier
o. (-en), 1. trekbeest; 2. (nat. lust.) dier dat met de seizoenswisseling naar een andere streek trekt.
Van Dale Uitgevers (1950)
o. (-en), 1. trekbeest; 2. (nat. lust.) dier dat met de seizoenswisseling naar een andere streek trekt.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
dier dat wagens trekt. dier dat wordt gebruikt om wagens of landbouwwerktuigen voort te trekken, vooral paarden en ezels. Voorbeelden: Zowel Napoleon als de Hollandse bewindvoerders deden een beroep op de Ardenner paarden voor hun ruiterij. Het uithoudingsvermogen van deze paarden was dan ook spreekwoordelijk. In het leger werden ze...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
trekdier - Zelfstandignaamwoord 1. een huisdier dat voertuigen kan trekken ♢ Het paard, de hond, de os en het rendier zijn bekende trekdieren. Woordherkomst samenstelling van trek en dier
Muiswerk Educatief (2017)
trekdier - zelfstandig naamwoord uitspraak: trek-dier 1. dier dat gebruikt kan worden voor het trekken van een voertuig ♢ ezels en paarden zijn trekdieren Zelfstandig naamwoord: trek-dier het trekdier ...
Veerman (1954)
Dier, dat wordt of kan worden gebruikt voor het leveren van trekkracht. Als t. kent men in Ned. vrijwel uitsluitend het paard. Vroeger werden ook wel ossen en koeien voor dit doel gebruikt, bij uitzondering de ezel.
Jozef Verschueren (1930)
o. (-en) 1. [trekken I 1] dier tot het trekken van een voertuig gebruikt : os, paard, hond en ezel zijn -en. 2. [trekken II1] dier dat in het koudere jaargetijde naar een warmere streek trekt.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: