Wat is de betekenis van Treeplank?

2025-07-15
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Treeplank

v. (-en), 1. opstapplank opzij of bij de ingang van spoorwagens, tramwagens en auto’s; 2. plank waar men met de voet op drukt om een krukas in beweging te brengen.

2025-07-15
Papiaments woordenboek

Papiaments woordenboek

treeplank

treeplank

2025-07-15
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

treeplank

opstapplank aan die kant van ‘n motorkar, trem, ens.

2025-07-15
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Treeplank

s., tré(planke), treed, opstap.

2025-07-15
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2025-07-15
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

treeplank

v. -en; opstapplank bij spoorwagen, auto.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-15
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

treeplank

('tre:) v. (-en) plank waar men op treedt nl. 1. opstapplank aan de zijkant van spoor- of tram-, aan een automobiel.