Wat is de betekenis van trassen?

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

trassen

trassen - Werkwoord 1. (bouwkunde) met cement die gemalen tufsteen (tras) bevat metselen of bestrijken 2. (landbouw) de onderste bladen van suikerriet weghalen trassen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord tras Woordherkomst [werkwoord] van tras met het achtervoegsel -en [zelfstandig...

2024-04-27
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

trassen

(traste, heeft getrast), suikerrietstengels ontdoen van bladeren en alle andere delen die niet in de suikermolen moeten worden verwerkt. Hoe jonger het riet( ) is, des te meer schuim of vuiligheid geeft deszelfs lika ( ), en hoe meer men het riet trast, zoo veel minder vuiligheid verkrijgt men bij het koken (Teenstra 1835 I: 212). - Etym.: Zie tras...

2024-04-27
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Trassen

is het verwijderen (tot buiten de tuin!) van de onderste bladeren en bladscheden van het suikerriet. Dit geschiedt gewoonlijk voordat de laatste aanaarding gegeven wordt. De bedoeling is te zorgen dat de aanaarding beter pakt. Te hoog trassen kan het optreden van wortelluis in de hand werken.

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Trassen

(traste, heeft getrast), met tras metselen.

2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

trassen

traste, heeft getrast; met tras metselen: deze muur is getrast, in tras gezet.

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

trassen

(traste, heeft getrast) met tras metselen.

2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Trassen

(traste, heeft getrast), met tras metselen of bestrijken.

2024-04-27
Encyclopaedie van Nederlandsch West-Indië

Herman Daniël Benjamins, Joh. F. Snelleman, Martinus Nijhoff, E.J. Brill (1914-1917)

Trassen

SUR. Plantersterm. Zie SUIKERRIET.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Trassen

Trassen - (traste, heeft getrast), met tras metselen.