Tourniquetdeur
v. (-en), uit vier loodrecht op elkaar staande vleugels bestaande deur die draait op de wijze van een tourniquet, ter weerszijden passende in een boogvormige afscheiding, zodanig dat de deuropening nooit geheel vrijkomt en dus geen tocht kan ontstaan : aan vele bankinstellingen , grote koffiehuizen enz. vindt men tourniquetdeuren.