Wat is de betekenis van tolgeld?

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

tolgeld

tolgeld - Zelfstandignaamwoord 1. geld wat een gebruiker op directe wijze moet betalen om een weg, brug, tunnel of pont te mogen gebruiken De Ronde van Frankrijk heeft iets met Rotterdam, al is het maar een rekening van de Benelux-tunnel N.V. van 27 juli 1973. Vandaag precies 37 jaar geleden raasde het pelo...

2024-04-27
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

tolgeld

geld by ‘n tol betaal; invoergeld, aksyns.

2024-04-27
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Tolgeld

o. (-en), geld dat als tol geheven wordt, weggeld, bruggegeld.

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

tolgeld

o. (-en) als tol te betalen geld.

2024-04-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-27
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Gerelateerde zoekopdrachten