Wat is de betekenis van toenemen?

toenemen - Werkwoord 1. ergatief groter worden in getal of maat ♢ De bevolking van de aarde is flink toegenomen. Woordherkomst samenstelling van toe(bijwoord) en nemen(werkwoord)

toenemen - onregelmatig werkwoord uitspraak: toe-ne-men 1. groter of heviger worden ♢ de bevolking van Nederland is sterk toegenomen Onregelmatig werkwoord: toe-ne-men het neemt toe (... het toeneemt) ...

(nam toe, is toegenomen), (ook:) aankomen, dikker worden. Ja, ik weet, het is natuurlijk moeilijk, als je de man nooit tevoren gekend of gezien hebt om vast te stellen of hij toe, dan wel is afgenomen ( ) (Defares 31). -Etym.: In AN veroud. Zie ook afnemen.

v., ta-, opnimme, oanwinne; in lengte en omvang —, waeks(j)e, (ta)dije; in gewicht —, groeije; in hevigheid —, oanboazje; het (on)weer neemt in hevigheid toe, it waer forhellet him; in waarde voor iem. —, op jin ta komme.

...

(nam toe, heeft en is toegenomen), 1. groeien, groter worden, aankomen: in deugd, beterschap, krachten toenemen; 2. (van zaken die slechts in omvang of graad een wijziging kunnen ondergaan) zich uitbreiden, groter, hoger of heviger worden: de wind nam hand over hand toe; — van een lichamelijke ongesteldheid: de pijn, de koo...

nam toe, h., i. toegenomen (krachtiger, sterker, talrijker worden, aanwinnen; vooruitkomen; vorderen; v. e. ziekte: erger worden): toenemen in kracht; de bevolking zal in de mijnstreek toenemen; de koorts is toegenomen.

('toe) (nam toe, toegenomen) I. (heeft) meer nemen dan nodig is. II. (heeft en is) 1. groter, sterker worden: in kracht -. Syn. ➝ aangroeien. 2. uitgebreider worden: de overstroming neemt toe. 3. vorderen: in kennis -. 4. erger worden: de koorts neemt toe.

(nam toe, heeft en is toegenomen), 1.groeien, groter worden, aankomen: in kracht toenemen; 2.zich uitbreiden, heviger worden: de wind nam hand over hand toe; van een lichamelijke ongesteldheid: de koorts is toegenomen; de bevolking, de belangstelling nam toe, werd groter.