toebijten
toebijten - Werkwoord 1. (ditr) op snauwende wijze iemand iets meedelen ♢ Hij kreeg toegebeten dat hij zijn mond te houden had. Woordherkomst samenstelling van toe(bijwoord) en bijten(werkwoord)
Wiktionary (2019)
toebijten - Werkwoord 1. (ditr) op snauwende wijze iemand iets meedelen ♢ Hij kreeg toegebeten dat hij zijn mond te houden had. Woordherkomst samenstelling van toe(bijwoord) en bijten(werkwoord)
Van Dale Uitgevers (1950)
(beet toe, heeft toegebeten), 1. (onoverg.) in iemands richting bijten: het had hem toegebeten uit de smalle mond (Slauerhoff); 2. (overg.) op een korte toon tot iem. zeggen, als gevolg van kwaadheid, angst, ongeduld enz.: er was er een die hun toebeet dat ze lafaards waren; iem. scherpe woorden toebijten; 3. (onoverg.) overgaa...
M. J. Koenen's (1937)
de hond beet toe, h. toegebeten (in iets bijten, goed stevig bijten; fig. een voorstel aannemen; bijtend, snauwend zeggen): hij zal niet toebijten; kat, beet hij haar toe.
Jozef Verschueren (1930)
('toe) (beet toe, heeft toegebeten) 1. de tanden erin zetten, aanbijten. 2. goed, stevig bijten : de hond bijt toe. 3. op een voorstel ingaan, toehappen : eindelijk heeft hij toegebeten. 4. knorrend toespreken : toesnauwen.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(beet toe, heeft toegebeten), 1. in iets (stevig) bijten; 2. op korte toon tot iemand zeggen: iemand scherpe woorden toebijten; 3. (fig.) ingaan op een voorstel, toehappen: eindelijk heeft hij toegebeten.
J.H. van Dale (1898)
Toebijten - (beet toe, heeft toegebeten), aanbijten, de tanden in iets zetten; goed, stevig bijten : de hond bijt toe; — (fig.) toehappen : eindelijk heeft hij toegebeten, is hij op het voorstel ingegaan; — toesnauwen, iem. knorrende toespreken ; iem. scherpe woorden toebijten.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: