Wat is de betekenis van tiendelig?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

tiendelig

tiendelig - Bijvoeglijk naamwoord 1. uit tien delen bestaand 2. rekenend met het tientallige stelsel Woordherkomst Samenstellende afleiding van tien en deel met het achtervoegsel -ig Synoniemen [2] decimaal, tientallig

2024-04-29
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

tiendelig

in tien dele verdeel.

2024-04-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Tiendelig

bn., 1. uit tien delen bestaande: een tiendelig theeservies; een tiendelig vruchtbeginsel; 2. rekenende met eenheden, die telkens in tien kleinere verdeeld zijn; decimaal: het tiendelig stelsel; (rekenk.) tiendelige breuk, breuk waarvan de noemer een macht van tien is en aangegeven wordt door de plaats van de teller achter het decimaalteken : tiend...

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

tiendelig

bn. (decimaal; in tien delen verdeeld): een tiendelige breuk; een tiendelige schaal.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

tiendelig

bn. in tien delen verdeeld, decimaal: een -e schaal; een -e breuk.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Tiendelig

bn., 1. uit tien delen bestaand: een tiendelig theeservies; 2. rekenend met eenheden die telkens in tien kleinere verdeeld zijn, decimaal: het tiendelig stelsel.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)