Wat is de betekenis van Textielnijverheid?

v., die takken van nijverheid die zich bezighouden met de verwerking van vezelstoffen. © De textielsector omvat een groot aantal subsectoren, zoals katoen-, wol-, jute- en vlasverwerking, breigoederen, harde vezels, kunstmatige en synthetische vezels, tapijten, kleding en woningtextiel. Door de grote inhaalvraag na de Tweede Wereldoorlog was d...

In 1930 telde deze bedrijfsklasse in Frl. 46 bedrijven met 207 personen, in 1950 39 met 598 personen (stijging 189 pct., Nederland 60,4 pct.). In 1930 waren een vlasserij met 36, een tricotagefabriek met 32 en een touwslagerij met 66 personen de grootste bedrijven. In 1950 werkten in de vlasserijen 88 personen. Er waren bovendien een veren- en kap...

v., die takken van nijverheid die zich bezighouden met de verwerking van vezelstoffen.

samenvattende naam voor die takken van nijverheid, die zich bezighouden met de verwerking van vezelstoffen: a. het spinnen van draden (z spinnen); b. de vervaardiging van weefsels uit het garen (z weven); c. alle bewerkingen, die de veredeling en versiering van garen en weefsels beogen (z apprêteermachines, bleken en verven).

omvat alle industrieën, die draden en vezels v. dierlijken en plantaardigen oorsprong verwerken: spinnerijen, weverijen, ververijen, katoendrukkerijen.

v., die takken van nijverheid die zich bezighouden met de verwerking van vezelstoffen.