Teweeg, tewege
bw., (Zuidn.. fig.) op weg, op handen enz. : hij is priester teweeg, hij wordt binnenkort priester; ik was juist teweeg om uit te gaan, op het punt om uit te gaan.
Van Dale Uitgevers (1950)
bw., (Zuidn.. fig.) op weg, op handen enz. : hij is priester teweeg, hij wordt binnenkort priester; ik was juist teweeg om uit te gaan, op het punt om uit te gaan.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: