Wat is de betekenis van tem?

2024-04-26
Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Tem

Zie Dimme

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

tem

tem - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van temmen ♢ Ik tem 2. gebiedende wijs van temmen tem! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van temmen tem je?

2024-04-26
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

tem

getem, mak maak; beteuel.

2024-04-26
Etymologicum 1573

Cornelis Kiliaan (1573)

Tem

fland. j. tam. Cicur.