Wat is de betekenis van Tagrijn, taggerijn?

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Tagrijn, taggerijn

(<Aram. taggarîn, mv. van taggâir, koopman), m. (-s, -en), 1. koopman in halfsleet scheepstuig, oud ijzer, gereedschap, oud touwwerk enz.; 2. knorrepot.

Gerelateerde zoekopdrachten