Sunt quos scio esse amicos, sunt quos suspicor, sunt quorum ingénia atque animos nequeo noscere, ad amici partem, an ad inimici pervehiant
Er zijn er, van wie ik weet, dat zij mijn vrienden zijn: er zijn er, van wie ik het vermoed; er zijn er ook, wier inborst en karakter ik niet kan doorgronden, of zij zich scharen bij de partij van mijn vrienden of van mijn vijanden. Plautus, Trinummus 91.
