Wat is de betekenis van STOUTHEID?

2025-07-15
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

STOUTHEID

v., 1. fierheid, vrijmoedigheid: de losse stoutheid hunner houding; 2. grootsheid of wijdsheid van opvatting of inzicht: deze figuren waren met wonderbare stoutheid gepenseeld; 3. vrijpostigheid, aanmatiging, brutaliteit; 4. kloekmoedigheid, onverschrokkenheid : de stoutheid waarmee hij ieder gevaar minachtte; 5. (van kinde...