Wat is de betekenis van sporadisch?

2025-03-28
*PREMIUM* Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2025-03-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SPORADISCH

bn. bw., verstrooid, buiten verband: het komt slechts sporadisch voor; (geneesk.) sporadische ziekten, ziekten die niet algemeen heersen maar slechts enkele mensen aantasten.

2025-03-28
AI woordenboek

ChatGPT (2023)

Sporadisch

Sporadisch is een Nederlands woord dat "af en toe" of "afwisselend" betekent. Het wordt vaak gebruikt om iets te beschrijven wat af en toe gebeurt, in plaats van regelmatig of volgens een vast schema. Bijvoorbeeld, iemand kan zeggen "Ik ga sporadisch naar de sportschool" (Ik ga af en toe naar de sportschool), wat aange...

2025-03-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

sporadisch

sporadisch - Bijvoeglijk naamwoord 1. (medisch), (biologie) niet algemeen voorkomend, zeldzaam Er zijn sporadische gevallen van deze ziekte geconstateerd, maar een epidemie is niet waarschijnlijk. sporadisch - Bijwoord 1. zelden voorkomend Deze on...

2025-03-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

sporadisch

sporadisch - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: spo-ra-dies 1. bijna nooit ♢ die ziekte komt sporadisch voor Bijvoeglijk naamwoord: spo-ra-dies de/het sporadische ... Synoniemen zelden Tegenstellingen dikwijls...

2025-03-28
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Sporadisch

[via MLat. van Gr. sporadikos, van sporas, sporados = verstrooid, her en der; vgl. speirein = zaaien] verstrooid, hier en daar, zeldzaam vóórkomend.

2025-03-28
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Sporadisch

zeldzaam; af en toe

2025-03-28
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

sporadisch

verspreid, af en toe, zeldzaam: gevallen van pokken komen in onze streken nog slechts sporadisch voor.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-03-28
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Sporadisch

verstrooid, op zich zelf staande.