Wat is de betekenis van spitsbroeder?

2024-04-29
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

spitsbroeder

kameraad GAL mocht dan de status van journalist verworven hebben, hij behoorde ook tot een kwartet tekenaars, de spitsbroeders Picha, Joke, HugOKÉ en GAL. De een verhuisde naar Frankrijk en het rijk van de tekenfilms, de ander ging dood en de derde laat nog weinig van zich horen. (Johan Anthierens, De overspannen jaren) De &#...

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SPITSBROEDER

m. (-s), (litt. t.) krijgsmakker, rot- of bentgenoot.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

spitsbroeder

m. spitsbroeders (eig. spiets- of lansbroeder; [krijgs]makker).

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

spitsbroeder

m. (-s) (krijgs)makker.

2024-04-29
Levende taal verklarend woordenboek

T. Pluim (1921)

Spitsbroeder

wil letterlijk zeggen: wapenbroeder (spits = spies).

2024-04-29
Woorden en uitdrukkingen verklaard

Dr. C.H. PH. Meijer (1919)

Spitsbroeder

is uit nml. spiets, speer, samengesteld, verg. hgd. Spieszgeselle, en ons wapenbroeder.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)