Wat is de betekenis van spinner?

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SPINNER

m. (-s), 1. die spint, inz. arbeider op een spinnerij ; 2. de spinners, familie der vlinders met fors gebouwd lichaam, waarvan de rupsen vóór de verpopping een stevige cocon spinnen {Bombycidae), waartoe o.a. de zijderups, de processierups en de nonvlinder behoren ; van enkele soorten leven de rupsen in groot aantal samen in zakvormi...

2025-07-17
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

spinner

(zelfstandig naamwoord) wervelaas effectbal, draaibal

2025-07-17
Neologismen

Instituut voor de Nederlandse Taal (2020)

spinner

bepaald gadget dat cadeau wordt gegeven bij chips Waarom geen rage met flippo's bij sinaasappelen Waarom wordt een rage met flippo's of, zoals momenteel, met spinners ontketend via zakken chips en niet via gezondere producten? Waarom wordt het principe van drie-halen-twee- betalen wel voor cola, maar niet voor sinaasappelen gebruikt? De...

2025-07-17
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

spinner

spinner - Zelfstandignaamwoord 1. een persoon, dier of machine dat aan het spinnen is. Woordherkomst Afgeleid van spinnen met het achtervoegsel -er.

2025-07-17
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

spinner

1. spinner; 2. spinmachine.

2025-07-17
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

spinner

(Eng.) naafkap, kap o. d. naaf v. e. luchtschoef.

2025-07-17
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

spinner

m. spinners, spinnertje (man of jongen, werkend op een spinnerij); zie wolspinner.

2025-07-17
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

spinner

m. (-s), 1. werknemer op een spinnerij; 2. visaas dat bestaat uit een om een as draaiend blaadje.

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

SPINNER

SPINNER - m., SPINSTER, v. (-s), die spint, inz. arbeider op eene spinnerij.