SPEELTUIN
m. (-en), 1. omheinde plek grond in een stad waar kinderen op bepaalde uren van de dag onder toezicht kunnen spelen; 2. tuin behorend bij een buitencafé waarin de kinderen van de bezoekers zich met allerlei spelen kunnen vermaken.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-en), 1. omheinde plek grond in een stad waar kinderen op bepaalde uren van de dag onder toezicht kunnen spelen; 2. tuin behorend bij een buitencafé waarin de kinderen van de bezoekers zich met allerlei spelen kunnen vermaken.
Marc De Coster (2020-2025)
(2009) (med.) vrouwelijk geslachtsdeel. 'Naar de speeltuin gaan': geslachtsgemeenschap hebben. Vgl. speeldoos*. • De vader stond voor het raam en keek naar buiten, terwijl ik de vagina van zijn vrouw herstelde; zijn “speeltuin” noemden artsen dat onderling. Ik had een hekel aan dat woord, maar het diende zich dit keer ongehinderd a...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
speeltuin - Zelfstandignaamwoord 1. een omheinde plek grond met speelobjecten voor kinderen ♢ De nieuwe speeltuin werd feestelijk geopend. Woordherkomst samenstelling van speel(werkwoord) en tuin
Muiswerk Educatief (2017)
speeltuin - zelfstandig naamwoord uitspraak: speel-tuin 1. plek met schommels of andere speeltoestellen ♢ we gingen vroeger een keer in het jaar naar een grote speeltuin Zelfstandig naamwoord: speel-tuin de speeltuin...
Marc de Coster (1998)
1. de- van het middenkader, onder politici een spottende ben. voor de partijraad van de PvdA. Jaren tachtig. 2. naarde - gaan, schertsende slanguitdr. voor ‘copuleren’.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
1° Tuin, annex aan buitencafé met het doel, den bezoekers van het café vermaak te bezorgen. 2° Een van speelwerktuigen en speelgelegenheden voorziene afgerasterde ruimte, die door buurtbewoners, althans een commissie van ouderen, wordt beheerd en waarin kinderen onder toezicht en leiding bewegingsspelen kunnen beoefenen. De ee...
Jozef Verschueren (1930)
m. (-en) 1. Algm. tuin om in te spelen. 2. Inz. omheinde plek in grote steden, waar schoolkinderen onder toezicht spelen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: