Wat is de betekenis van SMID?

ambachtsman die metaal bewerkt. ambachtsman die met een hamer en aambeeld gloeiend metaal, meestal ijzer, bewerkt om er bepaalde voorwerpen, bijvoorbeeld gereedschap en wapens, van te maken. Ook: het beroep van smid Voorbeelden: Om te smeden, moet de smid herhaaldelijk zijn ijzer in het vuur warmen. http://www.mot.be/dutch/...

smid - zelfstandig naamwoord 1. iemand die voor zijn beroep ijzer of staal bewerkt ♢ de smid bracht de gloeiende hoefijzers in de juiste vorm 1. hoefsmid [iemand die hoefijzers onder paarden zet] ...

De man met de smidshamer wijst op een zware beproeving, die ons leven echter in positieve zin radicaal verandert. Boven het vuur van de smid wordt in zekere zin onze innerlijke persoonlijkheid, dus ons karakter gesmeed. (Zie ook ‘Hamer’).

smid - IJzersmeden die van ijzer gereedschappen, hoefijzers, machineonderdelen en andere voorwerpen maken door het in een smidsvuur te verhitten en het op een aambeeld in vorm te slaan. Ook personen die paarden hoefijzers aanmeten en beslaan, worden smeden genoemd.

Hij is meester over ijzer en vuur en staat te boek als de constructeur van als bijzonder hard en onbuigzaam bekend staande elementen - in de dromer zelf! Als u over een smid droomt, is een innerlijke kracht in uw hart aan het werk om u te vormen. U bent onderworpen aan een innerlijke verandering, waarbij vaak de vonken eraf spatten.

Johanna Frederika; geb. Noordbroek 10 april 1843, overl. Den Haag 25 februari 1930. Woonde en werkte o.m. in Laren (N.H.) van vóór 1900 tot 1917, daarna in Den Haag. Vormde zich zelf, leerlinge van M. C. J. H. Roosenboom. Schilderde en tekende landschappen. Was lid van ‘ Arti et Amicitiae’ te Amsterdam.Scheen 1970.

smede, bewerker van metaal; wamaker; hoefsmid.

Bekleedde vroeger in het Fr. dorpsleven groter plaats dan nu. Vandaar op vele plaatsen S.shuis (Birdaard, Eernewoude, Hallum, Hogebeintum, Janum, Sint-Jacobi Parochie, Welsrijp, Winaldum), S.s-laan (Appelscha, Bakhuizen), S.s-kamp (Nieuweschoot). Zie: Fr. Plaknammen iii, 73.

s., smid.