Wat is de betekenis van slachter?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

slachter

slachter - Zelfstandignaamwoord 1. (beroep) iemand die slacht Woordherkomst Naamwoord van handeling van slachten met het achtervoegsel -er Verwante begrippen vleeshouwer, slager

2024-04-26
Brabants Handwoordenboek

Prof. dr. Jos Swanenberg (2015)

slachter

(zn) slager EK.

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Slachter

s., slachter.

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Slachter

m. (-s), 1. iem. die vee slacht. 2. iem. die bijen dood om de honing te verkrijgen.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

slachter

m. slachters (slager, vleeshouwer, niet zeer gebruikelijk in Holland; bijendoder).

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

slachter

('slachtər) m. (-s) slager.

2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

SLACHTER

SLACHTER - m. (-s), slager, vleeschhouwer. SLACHTERIJ, v. (-en), het slachten ; plaats waar geslacht wordt; beroep van een slachter.