Wat is de betekenis van sheriff?

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Sheriff

(Eng.), m. (-s), provinciaal rechter in Engeland.

2025-07-16
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

sheriff

(zelfstandig naamwoord) [alg.] ordebewaarder - Burgemeester Marcouch, ooit zelf een straatjongen, voelt zich vaak meer ordebewaarder dan bestuurder.

2025-07-16
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

sheriff

(2007) (stud.) eikel. • Sheriff: Eikel. Als iemand op je teen staat. (David Bremmer & Arjen Van Veelen: Studenten-ABC - Mare 01, 6 september 2007)

2025-07-16
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

sheriff

sheriff - Zelfstandignaamwoord 1. (juridisch) provinciaal rechter in Engeland 2. hoofd van de politie van een gewest in de Verenigde Staten

2025-07-16
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Sheriff

[Eng., van OEng. scir-gerefa = provinciemagistraat] 1 (Engeland) provinciaal rechter, landrechter; 2 (VS) politiehoofd in een county (administratieve eenheid met een zekere autonomie).

2025-07-16
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Sheriff

provinciaal rechter in Engeland; hoofd van de politie in de V.S.

2025-07-16
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

sheriff

sheriff - In de Verenigde Staten verwijst dit naar de hoogste ordehandhavers in een county of andere onderafdeling van een staat. In het vroegere Engeland waren dit belangrijke ambtenaren in een graafschap.

2025-07-16
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

sheriff

[sjer'rif], ambtenaar in de Engelse graafschappen aan het hoofd van het bestuur; in de Verenigde Staten is de sheriff bestuursambtenaar en rechter.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-16
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Sheriff

Engelse en Amerikaanse vrederechter.