schuurdeur
deur van een schuur. deur die toegang tot een schuur geeft; deur van een schuur. Voorbeelden: Een uilebord is een driehoekig luik met een gat boven de schuurdeuren waar de uilen door naar binnen kunnen. Meppeler Courant, 1994
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
deur van een schuur. deur die toegang tot een schuur geeft; deur van een schuur. Voorbeelden: Een uilebord is een driehoekig luik met een gat boven de schuurdeuren waar de uilen door naar binnen kunnen. Meppeler Courant, 1994
Marc De Coster (2020-2024)
1) (1989) (sch.) vrouwelijk geslachtsdeel. • (Ivonne Lutz van Elburg: More Dutch you won’t learn in class. 1989) 2) (19e eeuw) (inf.) mond: 'Haar schuurdeur staat weer open': gezegd van iemand met een grote mond. 'Als die haar schuurdeur opentrekt gaan alle katten lopen': gezegd van iemand die vals zingt. • Als 'en s...
Fa. A.J. Osinga (1952)
s., skuor(re)doar, reedsdoar, ban(der)doar, mendoar, boasdoar, boasder, boarder; kleine deur in —, skuordoarke (it), skuordoarsgat (it).
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (-en), 1. deur van een schuur ; grote deur ; — in verg. om iets groots aan te duiden : hij heeft een mond als een schuurdeur ; — (fig.) zijn schuurdeur open- zetten, een grote mond opzetten. 2. (gew., Zuidn.) deur in een schuurpoort.
M. J. Koenen's (1937)
v. schuurdeuren ([grote] deur ener schuur): en als zijn mondje opengaat, is het of een schuurdeur openslaat.
Jozef Verschueren (1930)
v. (-en) 1. deur van een schuur. 2. Algm. grote deur : doe de dicht; zijn weer openzetten, een grote mond opzetten. ➝ mond.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v./m. (-en), deur van een schuur; grote deur; in vergelijking om iets groots aan te duiden; (fig.) zijn schuurdeur openzetten, een grote mond opzetten.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: